De aanbesteding van Hulp bij het Huishouden in 2006 heeft nogal wat voeten in de aarde gehad en de raad heeft in datzelfde jaar een evaluatie voorgesteld. De terugblik op deze aanbesteding is in de Commissie Welzijn behandeld op 15 januari 2008.
De kernvraag van de ChristenUnie bij deze evaluatie is wat het college geleerd heeft van het aanbestedingstraject, waarbij de kleinere zorgaanbieders buiten de boot zijn gevallen. Er is een noodoplossing aan te pas gekomen om onrust bij deze zorgaanbieders, personeel en cliënten weg te nemen door de hoogte van het persoonsgebonden budget (PGB) gelijk te trekken met de prijs van levering hulp bij het huishouden in natura. Door deze noodgreep is gelukkig de keuzevrijheid gebleven, want veel cliënten hebben zelf hun zorg ingekocht via het persoonsgebonden budget (PGB) en wel bij hun zelf uitgekozen identiteitsgebonden zorgaanbieders. Veel onrust is hierdoor verdwenen.
Evalueren is meer dan terugblikken. In een evaluatie moet je terugkijken, maar zeker ook vooruit. Het college geeft niet aan wat zij beter zal gaan doen bij de volgende aanbesteding, dus wat haar leerpunten zijn geweest in dit traject. Wat gaat het college ondernemen om bij de volgende aanbesteding de beste zorg, de meeste keuzevrijheid te bieden aan de zorgvragers? De ChristenUnie heeft voorgesteld om bij de volgende aanbesteding het Zeeuws model te gebruiken. Bij dit model gaat het om kwaliteit en niet alleen om de prijs. Dit model wordt breed door partijen gedragen en ook de staatssecretaris is hierover zeer tevreden.